donderdag 23 juli 2015

Vakantie

"Laten we iets avontuurlijks doen met vakantie!" begin ik heel enthousiast.

Het is half januari, we zitten met z'n vijven aan het toetje, en mijn liefde heeft net doorgegeven wanneer hij in de zomer vakantie neemt.
In mijn hoofd gaan we met z'n vijven als ware avonturiers liftend door Europa, om te klimmen in de bergen, zoals ik al deed sinds ik kan lopen, om de kinderen te leren met een zakmes om te gaan, zodat ze zelf hun eigen pijl en boog kunnen maken. Ik weet nog een prachtige natuurcamping met een beek waarin je dammen kan bouwen en vissen kunt vangen, welke je dan op je zelfgemaakte kampvuur kunt roosteren met een citroentje en een teen knoflook.

"Ik wil naar Bollo," begint de oudste.
"Bollo?" Mijn bohémiene wolk trekt op. "Wat is Bollo?"
Mijn lief grinnikt: "Bollo, de beer? Je weet wel, van Landal GreenParks."
Ik schrik. Natuurlijk schrik ik. "Landal?! Als in allemaal huisjes bij elkaar, mét evenveel Nederlanders, mét animatie team en op maar 1 uur rijden van ons dorp?"
"Dat is best handig hoor, als je drie kinderen hebt."
"Ja, maar avontúúr! Je gaat dan toch niet in een húisje zitten?! Wat is dáár nou aan?"
"We kunnen misschien ook naar Frankrijk naar een leuke camping,"oppert mijn lief, "maar de kinderen hebben nog nooit gekampeerd, dus dat zal misschien wel wat spannend zijn. Misschien kan je van je ouders de caravan lenen?"

Ik grijp die kans met beide handen aan. La douce France! Mais oui! Dat lijkt me geweldig. Dan maar in een caravan. Ik bel m'n ouders en zij vinden het goed.

Als de kinderen naar bed zijn beginnen we met plannen. De camping die we vinden op het internet ziet er prachtig uit. Mooie omgeving, kunst en cultuur, zwembad, slechts negen uur rijden, tien uur met caravan.

Tien uur rijden. Mét een caravan. Mét drie kinderen die nog nooit gekampeerd hebben. Drie koters achterin waarvan ik het al een uitdaging vind om naar mijn ouders te gaan op twee uur rijden, omdat ik van mening ben dat ze elkaar nog eens de hersens in slaan. Mét een caravan. Ik kan helemaal niet goed rijden met een caravan, laat staan met drie hysterische kinderen achterin. Ik begin te hyperventileren. "Dat overleven we nooit!"

Mijn lief kalmeert me. "Schatje, het hóeft niet. We kunnen ook gewoon naar een huisje in Zeeland."

Dat lijkt me al avontuurlijk zat.

Tijdloop

Waar ik moeite mee heb is mijn totale gebrek aan besef van tijd. Als ik op de klok kijk is er zo weer een uur voorbij, een dag, een maand, een seizoen.

Dan wil ik schrijven over het plan om te gaan samenwonen, gedichten maken over hoe ik Leiden zal missen, woordgrapjes maken over de stress die verhuizen met zich meebrengt. En dan heb ik net zo iets briljant bedacht, kijk ik op van mijn papier, blijkt het dat ik al bijna een maand geleden verhuisd ben.

De feiten zijn voor me op de loop, en ik heb geen illusies dat ik ze voorlopig in ga halen.